Window of tolerance

Doorgaans functioneer je met een bepaald niveau van arousal, opwinding, of stress. Je hebt dit nodig om taken alert uit te voeren. Er is dus niets mis met een zekere mate van spanning of stress. Maar er is een grens aan het niveau van stress waarmee je optimaal kan functioneren. Het optimale spanningsgebied waarbinnen je goed functioneert wordt ook wel window of tolerance, of ‘het raampje’, genoemd. Alle onderdelen van ons brein kunnen dan goed samenwerken.

Hyper-arousal

Wanneer zich een bedreiging voordoet, signaleert het lichaam dit met een soort alarm. Het spanningsniveau bereikt de grens waarbij ons zoogdierenbrein het overneemt. Dit brein is erop gericht om ons in veiligheid te brengen wanneer er gevaar dreigt. Het maakt ons lichaam klaar op te kunnen vluchten of vechten of actief te ‘bevriezen’. Deze reacties kennen we goed bij de zoogdieren: sommige dieren vluchten, sommige vallen aan en sommigen gebruiken schijndood om zich te beschermen.

Je mensenbrein wordt tijdelijk uitgeschakeld.

Je kan hier niet actief over nadenken, deze reacties nemen het over. Je hart zal sneller slaan, je ademhaling neemt toe, je spieren spannen zich,….

Emotioneel voel je boosheid, angst, controleverlies of overspoeling.

Hypo-arousal

Wanneer de bedreiging nog groter en het stressniveau nog hoger is, schakelt ons brein over op het reptielenbrein. Het maakt ons lichaam klaar op een toestand van passief bevriezen of dissociatie. Ons lichaam wordt voorbereid op ernstige schade en wil er voor zorgen dat we er zo weinig mogelijk last van hebben. Ons bewustzijn vernauwt waardoor er geheugenverlies is voor wat er gebeurt. Je hartslag vertraagd en het bloed gaat vooral naar vitale organen. Er komen endorfines vrij zodat we minder pijn voelen.

Het raampje en het brein

Is het gevaar geweken? Dan komen we opnieuw optimale spanningszone terecht, een zone waarin er een optimale samenwerking tussen de verschillende breinen: het zoogdierenbrein, het reptielenbrein en het mensenbrein. Dit is een voorwaarde om bepaalde ontwikkelingstaken en belangrijke maatschappelijke taken te kunnen volbrengen. Het is de zone waar kinderen hun potentieel kunnen inzetten, kunnen groeien leren.

Het raampje en trauma

Bij kinderen en volwassenen die in hun voorgeschiedenis heel wat traumatische, onveilige situaties meemaakten is het raampje kleiner. Hierdoor gaan ze sneller uit hun optimale spanningszone. Hun brein heeft geleerd zeer alert te zijn en schat situaties sneller in als gevaarlijk, ook al is dat niet zo.

Het raampje en het kind/de begeleider

Ben je begeleider, leerkracht of ouder? Zorg er voor dat kinderen en jongeren zich goed voelen in hun vel. Dat ze zich zoveel mogelijk binnen het raampje kunnen bevinden en volop kunnen groeien. Als kinderen uit hun raampje (dreigen te) gaan, ondersteun je hen om opnieuw in het raampje te komen. Zo help je hen bij hun ontwikkelingstaken.

Ook voor een begeleider, leerkracht en ouder is het belangrijk om je eigen raampje goed te kennen en te weten wat jou zelf helpt als je voelt dat je buiten je raampje dreigt te gaan.